Instrumenten
Ensembles
Opera
Componisten
Performers

Bladmuziek $1.95

Oorspronkelijk

The Evening Primrose. Benjamin Britten. A Cappella sheet music.

Vertaling

De Teunisbloem. Benjamin Britten. A Cappella bladmuziek.

Oorspronkelijk

The Evening Primrose. from Five Flower Songs. Composed by Benjamin Britten. 1913-1976. For Choral, Chorus. SATB a cappella. BH Secular Choral. 8 pages. Boosey & Hawkes #M060014222. Published by Boosey & Hawkes. HL.48008905. Text. John Clare. Publisher. Boosey & Hawkes. Difficulty level. 3-4. These lovely, classic part-songs. Five Flower Songs. were written as a 25th wedding anniversary present for Dorothy and Leonard Elmhirst of Dartington Hall. Apparently Britten chose the subject matter because they were keen botanists. Whatever the reason for the choice, it was a supremely happy one and brought from Britten a set of pieces which, while in a direct line of descent from the classic part-songs of Elgar, Stanford and Parry, are entirely original. These songs are designed as a set. The mood-scape shows that Britten was keenly aware of the variety needed to satisfy performers and audience between bookends. The unsentimental originality of To Daffodils with its tempo marking of Allegro impetuoso focusing on the speedy demise of the flower which is of course a metaphor for the passing of life. the clever division into four voices for the four months in The Succession of the Four Sweet Months and that beautifully simple device at the end where each month is named and forms a lovely cadence. the bitter-sweet Marsh Flowers to its poem by George Crabbe and the way Britten makes a slightly menacing atmosphere relieved only by the description of gentler plants. the ever-so-slightly sentimental Evening Primrose, the slow movement of the set. and finally Green Broom, a tour-de-force of humour which is crowned, at its heart, by Britten's slightly hysterical altos singing 'Go fetch me the boy'. The gradual accelerando throughout this piece leading to the final flourish makes this a wonderful and exciting finale to a set of part-songs which should be at the heart of any choirs repertoire. Points for choral directors to look out for include the tempo of To Daffodils. The key is in the direction Allegro impetuoso. Somewhere in the region of crotchet 116 should be the aim. Within that tempo use the words to colour the interpretation. Look out, as always, for Britten's carefully marked articulation and watch out for the big dynamic contrasts and colours. Tuning is the issue in both No.2 and No.3. In the opening of Marsh Flowers be careful of the size of intervals and in the second bar use the two anchors of F and C# to try to ensure that pitch doesnt slip. The return to a note which has already been sung should always be fractionally higher. masked by the change of vowel. thus ensuring that the pitch is always kept in place. In Green Broom it is issues of ensemble more than anything which provide the major challenge. This, and the stepping of increases in speed which should be measured so that the end does not become dangerously out of hand. Duration. Five Flower Songs, complete. 12 minutes. Paul Spicer, Lichfield, 2011.

Vertaling

De Teunisbloem. van Five Flower Songs. Samengesteld door Benjamin Britten. 1913-1976. Voor Choral, Refrein. SATB a cappella. BH Secular Choral. 8 pagina's. Буси. Gepubliceerd door Boosey. HL.48008905. Tekst. John Clare. Uitgever. Boosey. Moeilijkheidsgraad. 3-4. Deze mooie, klassieke part-songs. Five Flower Songs. werden geschreven als een 25-jarig huwelijk cadeau voor Dorothy en Leonard Elmhirst van Dartington Hall. Blijkbaar Britten koos voor het onderwerp, omdat ze wilden graag botanici. Wat de reden voor de keuze, het was een uiterst gelukkig en meegenomen uit Britten een set van stukken die, terwijl in een directe lijn van afstamming van het klassieke deel-liederen van Elgar, Stanford en Parry, zijn volledig origineel. Deze songs zijn ontworpen als een set. De stemming-scape blijkt dat Britten was zich terdege bewust van de verscheidenheid die nodig is om performers en publiek tussen boekensteunen voldoen. De unsentimental originaliteit van To Narcissen met zijn tempo markering van Allegro impetuoso gericht op de spoedige ondergang van de bloem die is natuurlijk een metafoor voor het doorgeven van het leven. de slimme indeling in vier stemmen voor de vier maanden in de opeenvolging van de Vier Maanden Sweet en dat prachtig eenvoudige toestel aan het einde waar elke maand wordt genoemd en vormt een mooie cadans. de bitterzoete Marsh Bloemen zijn gedicht van George Crabbe en de manier waarop Britten maakt een licht dreigende sfeer opgelucht alleen door de beschrijving van zachtere planten. het ooit-zo-iets sentimenteel Teunisbloem, het langzame deel van de set. en tenslotte Green Broom, een tour-de-force van humor die wordt gekroond, bij zijn hart, door de Britten enigszins hysterische alten zingen 'Ga me halen de jongen'. De geleidelijke accelerando in dit stuk leidt tot de klap op de vuurpijl maakt dit een prachtige en spannende finale om een ​​set van part-songs die moet worden in het hart van een koren repertoire. Punten voor koordirigenten om op te letten zijn onder andere het tempo van To Narcissen. De sleutel is in de richting Allegro impetuoso. Ergens in de regio crotchet 116 moet het doel zijn. Binnen dat tempo gebruiken de woorden om de interpretatie kleur. Kijk uit, zoals altijd, voor de Britten zorgvuldig gemarkeerd articulatie en kijk uit voor de grote dynamische contrasten en kleuren. Tuning is de kwestie in zowel No.2 en No.3. В открытии Марш Цветы будьте осторожны размера интервалами, а во втором баре использовать два якоря F и C. De terugkeer naar een notitie die reeds is gezongen moet altijd fractioneel hoger. gemaskeerd door de verandering van klinker. zo te garanderen dat de toonhoogte altijd op zijn plaats wordt gehouden. In Green Broom is het thema van ensemble meer dan alles wat de grote uitdaging te bieden. Dit, en de intensivering van de verhogingen van de snelheid die moet worden gemeten, zodat het einde niet gevaarlijk geworden uit de hand. Duur. Five Flower Songs, compleet. 12 minuten. Paul Spicer, Lichfield, 2011.