Max (Johann Baptiste Maximilian) Reger (Brand (Opper-Palts), 19 maart 1873 – Leipzig, 11 mei 1916) was een Duits componist, pianist, organist, dirigent en muziekpedagoog.
In Meiningen in de deelstaat Thüringen staat het Max Reger-archief dat aan zijn werk en leven is gewijd.
Reger studeerde bij
Hugo Riemann aan de Hochschule für Musik und Theater in München en Wiesbaden (1890 - 1895) en vestigde zich in 1901 in München. In 1907 verhuisde hij naar Leipzig om daar hoogleraar in compositie te worden aan de universiteit. Tezelfdertijd was hij ook internationaal actief als dirigent en pianist. In 1911 werd hij dirigent aan het hoforkest van Meiningen. Reger leed aan alcoholisme en onderging een kuur in Meran. In 1914 nam hij ontslag als hofkapelmeester, maar pakte daarna toch weer zijn werk als docent en uitvoerend musicus op. In 1915 verhuisde hij naar Jena. Hij overleed in 1916 aan een hartaanval in zijn hotelkamer nadat hij met vrienden een restaurant had bezocht.
Hij componeerde stukken in vrijwel alle genres, maar steeds in pure abstracte vorm: hij was een fel voorstander van de absolute muziek. Zijn programmatische Vier Tondichtungen nach Arnold Böcklin vormen hierop een uitzondering: deze symfonische gedichten schreef hij bij vier schilderijen van de Zwitserse schilder. Reger stond sterk onder invloed van
Bach,
Beethoven, Schumann en
Brahms, maar met als bijzonder kenmerk de zwevende tonaliteit die voortbouwt op de harmonische taal van
Wagner. Zijn orgelmuziek werd beïnvloed door
Liszt.